tamme en wilde kastanjes
De zonnige herfst brengt ons tot rust.
Gisteren de tweede edible walk gemaakt.
En weer onder aangenaam gezelschap verteken we aan de weegbree.
Het is een prachtige herfstdag en we zien dat de bermen vol staan met medicinale en eetbare planten. Weegbree, rode klaver, druivenblad, vogelmuur, zevenblad, fluitenkruid, brandnetel, smeerwortel, berenklauw. Alhoewel ze in hun herfstelijk gewaad wat taai zijn, vertel ik waarvoor ze goed zijn, hoe je ze best kunt gebruiken, en oude tradities. Maar vooral, als je ze zou plukken, op een plek die proper is, waar je weet dat je mag plukken. Als dat niet duidelijk is, dan vraag je eerst. En je plukt dan enkel als er veel is, als het niet op de rode lijst staat en je laat genoeg staan voor anderen (mens en dier).
Mijn eerste gedachte was om iets te maken met sleedoorn, maar ik vond er nergens genoeg om wat te kunnen plukken.
En plots zag ik vorige week hopen kastanjes naast de baan, ik remde, mijn zoon kon me net ontwijken en belandde in de beek, die gelukkig niet veel water bevatte!
Kastanjes dus. Veel. Wilde en tamme.
Ja, het klopt, nu is het herfst.
De natuur staat vol met zaad.
De meeste planten willen voor hun nakomelingen zorgen en beladen ons met duizenden zaden.
De kracht gaat nu meer naar binnen.
Hoogtijd dat we de uitbundige energie van de nazomer wat tot rust brengen.
Wat vertragen.
Tamme kastanjes, iedereen kent ze. Na wat lectuur blijkt dat ze in de Apenijnen, en in grote delen van zuid Europa lang als basisvoedsel werden genuttigd.
Vroeger foerageerde de mens uit noodzaak, nu wil ik het tot een kunst vereffenen.
Als we iets gaan halen in de natuur is het altijd speciaal. Dan is het feest.
Dan nemen we de tijd om eens samen te gaan wandelen, na te denken over de natuur en haar steeds veranderende seizoenen, en het effect op ons lichaam. Om terug deel te worden van die natuur.
Vroeger leefden we met en in de natuur. Het was vanzelfsprekend dat we er zorg voor draagden want zij maakte het leven mogelijk. Zij is het leven.
Nu zijn we dikwijls zo gehaast en in de war met groenten en fruit die het ganse jaar volop te verkrijgen zijn.
We genieten van het bos en volgen onze kleine gids en laden ons zakje vol met kastanjes.
Die zijn ongelooflijk voedzaam. Veel voedzamer dan de alomtegenwoordige tarwe.
Ik zocht naar wat oude italiaanse recepten met kastanjes en ik viel voor een risotto met kastanjes en pompoen, en een stoofpotje met kastanjes en palmkool.
Het recept paste ik wat aan om er een vegetarische versie van te maken.
Kastanjes en palmkool stoofpotje
Ingrediënten
2 ajuinen,
2 teentjes look
olijfolie
3 verse tomaten of 1 blik tomaten
200 g droge witte bonen
12 cm kombu
200 g kastanjes
een bosje palmkool of boerenkool blaadjes
biologische groetenbouillon
Laat de bonen een nacht weken in water.
doe de kombu in een pot, de bonen erop, en dan het koude water.
Laat aan de kook komen en zet het vuur zachter.
Dan moet je goed alle schuim verwijderen en nog 3 maal wat koud water toevoegen. Na anderhalf uur zijn de bonen zacht. Naargelang de kwaliteit en de leeftijd kan dit variëren. Doe vooral geen zout bij je bonen of de pellen blijven hard.
Kerf een kruis in de kastanjes, vrij groot.
Doe ze in gezouten kokend water en kook ze 5 min. Diegenen die blijven drijven doe je weg.
Giet ze af, spoel met koud water en pel ze.
Als de binnenste velletjes bruin zijn doe je die er ook af. (bitter)
Breek ze in kleinere partjes.
Was de palm- of boerenkool en doe zijn middelste nerf weg. Snijd fijn.
Snijd de ajuin in schijfjes en laat hem zacht stoven. De de look er ook bij. Laat de olie niet te heet worden of je olijfolie wordt een transvet. Deze wordt niet door het lichaam herkend en gestockeerd.
Wanneer die mooi doorzichtig zijn voeg je er de tomaten bij.
Dan de gekookte bonen erbij.
De kombu haal je eruit, snijd het in fijne reepjes en doe het er terug in.
Breng op smaak met wat bouillon.
Als het mooi gebonden is doe je er de kastanjes en de palmkool erbij, nog 3 à 5 minuten laten koken en klaar.
Je dient het op in diepe borden.
Leg op de tafel evt. ook wat schapenfeta en goede olijfolie.
Smakelijk
Dit gerecht is heel erg rustgevend en energetisch. Het is niet zwaar en door de bonen op een correct manier klaar te maken zijn ze goed verteerbaar. Dit kan met de kombu of met wat komijn, maar in dit gerecht paste de komijn niet zo goed.
Als je tomaten wil vermijden kan je die vervangen door umeboshi pasta.
Paardenkastanje alcoholatuur.
Aesculus hippocastanum (semen)
ethanol
water
Voor het de alcoholatuur hebben we ethanol van 50 graden nodig. Hiervoor mengen we gelijke delen ethanol à 96 graden met water.
Doe de paardenkastanjes in een krachtige blender. (je hoeft de bruine pel er niet af te halen.
Overgiet met de ethanol.
Blenden. Er moet net genoeg ethanol zijn zodat de kastanjedeeltjes onderstaan.
Dit doe je in een propere glazen pot type weck.
Etiket erop met inhoud en datum.
Dagelijks omdraaien en vier à zes weken op een donkere plek laten staan.
Dan zeven, in flesje, etiketteren, en klaar.
Deze alcoholatuur is niet voor inwendig gebruik wegens de saponinen.
Is erg geschikt voor een goede aderdoorbloeding, aambeien, spataders, couperose.
We zullen er in de winter een zalfje of crème van maken.
En dan huppelen we verder rond met lichte benen.
Leave a Reply