Bessst walk: The joy of foraging food in Brussels and cook it in a rooftop outdoor kitchen!
bessst walkshop
The joy of foraging food in Brussels and cook it in a rooftop outdoor kitchen!
Our aim, a walk in the heart of Brussels, foraging food for 20 persons, cook it on a rooftop outdoor kitchen, with amazing view and company as a bonus.
erfgoeddag walkshop
We starten de wandeling aan de vijvers van Elsene. Daar zijn door werken de kanten van de vijver zwaar vervuild en we beslissen er enkel de planten te omschrijven, alsook hun medicinale werking en hun eetbare toepassingen. We wandelen verder, nemen de metro en in Anderlecht vinden we een geweldig open groene plek waar we allerlei lekkers en medicinaals plukken.
We vinden jong paardenbloem-blad, speenkuid-blad, voor de bloei, madeliefjes-bloemen, daslook-blaadjes, brandnetel-topjes, en jong zevenblad-kruid.
Hiermee maken we een heerlijke brandnetelsoep met madeliefjes, en een speltboterham met daslookpesto, en wilde kruiden.
Recept:
Fruit een ajuin, voeg er wat komijn aan toe.
Schil een paar grote aardappelen of drie kleintjes, snij ze in stukjes en voeg ze toe.
Als de ajuin mooi glazig is voeg je er 1 l. water aan toe en wat bio groentenbouillon of zout.
Laat dit 10 min sudderen, dan voeg je er de gewassen brandneteltopjes aan toe. Zo ongeveer een goed gevulde vergiet. Laat dit een paar minuutje meekoken, goed mixen, eventueel nog wat peper en zout toevoegen en klaar.
Schep de soep in kommen en versier ze telkens met wat madeliefjes.
Bak of koop een speltbrood.
Was de daslook goed, doe er wat olijfolie op, mix het. Je zou er ook noten, zonnebloempitten, pompoenpitten , parmezaanse kaas aan kunnen toevoegen, maar gewoon daslook met olie vond ik heerlijk. Dan proef je ook de daslook, en de olijfolie verzacht zijn smaak.
Snij wat tomaten in partjes, doe er wat zout en loijfolie over.
Smeer de boterham met de pesto, wat tomaatjes erop, en wat wilde kuiden.
Smullen.
Medicinale eigenschappen van de geplukte kruiden:
grote brandnetel, Urtica dioica L., Urticaceae
Stinging nettle, Grande Ortie
Habitat: bos, bosranden, hagen, dicht bij huizen zeer algemeen.
Verdeling: zowat overal ter wereld in gematigde klimaten, voornamelijk op vochtige stikstofrijke bodem.
Gebruikte delen: het kruid: voor de verse blaadjes, zo jong mogelijk, want dan zitten er nog geen oxalaatkristallen in;
de wortel in de herfst.
De eigenschappen die ik hieronder ga beschrijven hebben betrekking tot het kruid, meer bepaald het jonge blad, liefst de topjes.
Desondanks het meestal het eerste kruid is dat we als kinderen kennen, en het talrijke medicinale eigenschappen heeft wordt de brandnetel nog te weinig gewaardeerd.
Culpeper maakte en lijst van bijna 30 kwalen die met de brandnetel aangepakt konden worden.
De brandnetel bevat vitamine C, maar ook flavonoïden. Men kan dus spreken van een vitamine-P werking, en is ze geschikt om scheurbuik te voorkomen. Doordat flavonoïden goed oplosbaar zijn in hydro alcoholische middens kan men er een tonicum van maken (met alcohol).
De brandnetel is goed tegen anemie, mineraaltekorten en beenkrampen. Het kruid bevat veel mineralen (vooral calcium, silicium en ijzer). Door de aanwezigheid van vit C wordt het ijzer goed opgenomen. Hierdoor is het een algemeen versterkend middel en bijzonder goed tegen anemie. Men kan het kruid inwendig opnemen door het als groente te gebruiken. Eventjes gekookt in de soep, door een stamppot, stoven en als spinazie opdienen, brandnetelpannenkoeken, rauw in salades (eerst goed kneuzen) …
Het kruid drijft vocht af (diuretisch) en is bloedzuiverend.
Daarom worden infusen gedronken tijdens reingende voorjaarskuren. De flavonoïden zijn diuretisch en leverbeschermend. Het urinezuur wordt uit de weefsels naar de bloedbaan gedreven en via de nieren uitgescheiden; dit zonder verlies aan mineralen.
Brandnetel kan ook aangewend worden bij aambeien, onder vorm van een kompres, de brandnetel eerst koken. Deze samentrekkende werking komt tot stand omwille van de looistoffen (tannines).
daslook, Allium ursinum L., Alliaceae
Ramsons, Ail des ours
Habitat: kalkrijke, vruchtbare, beschaduwde grond in koele loofbossen.
Verdeling: inheems in gematigd Europa en Klein-Azië.
Gebruikte delen: Herba Allii ursini: de bovengrondse plant, tijdens de groei, vers te verwerken.
De daslook werkt antiseptisch op maag en darmen, verdrijft winderigheid en bevordert de spijsvertering. Het is antimicrobieel, antifungaal, antibacterieel en vermifuug. De zwavelverbindingen hebben een ontsmettende werking.
Hiernaast is daslook anti-atherosclerotisch, antitrombotisch, hypocholesterolemiërend, licht bloeddrukverlagend en vasodilaterend.
Daslook is depuratief, choleritisch en leverontgiftigend. Het stimuleert de immuniteit en maakt slijmen los( expectorerend).
Bij voorkeur vers te gebruiken of vers verwerken in een tinctuur, vwant gedroogd gaan de zwavelverbindingen snel verloren.
Culinair worden de longe verse blaadjes gebruikt als beleg, in salades, in pesto of in soep. Verse daslookblaadjes macereren in extra vierge olijfolie gedurende een maand geeft een geweldige olie.
De bol van de daslook is ook eetbaar, best tussen juli en januari, als de plant aan het slapen is.
zevenblad, Aegopodium podagraria L., Apiaceae
Ground elder, herbe aux goutteux.
Zevenblad wordt dikwijls beschouwd als een lastig onkruid. Eenmaal het in je tuin is raak je het nooit meer kwijt. Wel dit jaar verwelkomde ik met grote vreugde zevenbladig in de tuin. Dan hoef ik niet meer de natuur in (alhoewel dit ook leuk is, maar niet praktisch voor het alledaagse gebruik) om mijn portie wilde spinazie te plukken.
In zevenblad zitten bovendien vitaminen en mineralen en, zoals de Latijnse naam ook al aangeeft, kan het eten van zevenblad helpen bij jicht (podagra) wat mede veroorzaakt wordt door het onvermogen van het lichaam om een teveel aan urinezuur af te voeren met als gevolg een pijnlijke afzetting van urinezuurkristallen in de gewrichten. Zevenblad helpt om het urinezuur af te voeren.
speenkruid, Ranunculus ficaria L., Ranunculaceae
Lesser celandine, fausse renoncule
Habitat: bosranden, schaduw, naast waterlopen.
Gebruikte delen: radix(wortel); minder herba (kruid)
Speenkruid kan voor de bloei veilig ingenomen worden als deel van een voorjaarsslaatje. Het heeft een zachte smaak. het bevat in zeer kleine hoeveelheden protoanemonine. Bij de bloei stijgt dit lichtjes, maar blijft wel vrij onschuldig. Protoanemonine is geen accumulatief gif, en mocht er teveel van hebben ingenomen voel je het meteen, je krijgt een branderig gevoel in je mond.
Het bevat vitamine C en tannines. Het kruid heeft ook een diuretische werking en helpt bij een slechte aderdoorbloeding.
paardenbloem, Taraxacum officinale Weber, Asteraceae
Dandelion, pissenlit
Habitat: op gras en weilanden, op gazons en braakliggende terreinen, bermen en hellingen. Bijna overal ter wereld behalve in de tropen te vinden.
Gebruikte delen:
Radix Taraxaci cum herba ( de gehele bloeiende verse plant (april- mei), zijnde wortel en blad.)
Radix Taraxaci, de wortel geoogst in de herfst, wanneer ze rijk is aan inuline.
Folíum Taraxaci, de bladeren in het voorjaar ( voor de bloei), voordat ze bitter worden.
Daar het lente is gaan we nu het jonge blad gebruiken. Het is diuretisch, urinezuurdrijvend, en bloedzuiverend. Hierdoor is ze erg aangewezen bij voorjaarsreinigingskuren. Door haar uricosurische werking (urinezuurdrijvend) is ze aan te raden bij reumatische aandoeningen, artrose en artritis.
madeliefjes, Bellis perennis L.
English daisy, common daisy, lawn daisy, pâquerette
Habitat: vrij algemeen
Gebruikte delen: herba ( bloeiend kruid)
Inwendig bevordert het madeliefje het ophoesten van de slijmen. Hierdoor is ze ook aangewezen bij bronchitis. Hiernaast heeft ze ook een mild diuretische, bloedzuiverende en zweetdrijvende functie, waardoor ze kan toegepast worden bij oedemen, een zwakke nierfunctie, bij reuma en als algemeen tonicum.
Uitwendig helpt het madeliefje bij ecchymosen ( bloeduitstortingen en blauwe plekken), en heeft ze een anti-inflammatoire en bactericide werking, waardoor ze ingezet kan worden bij moeilijk te genezen wonden.
De madeliefjes kan je laten drogen. Je doet ze in een goed afsluitbare glazen pot, giet er dan extra vierge olie op, en een zestal weken laten macereren. Dan zeven en in een donkere, steriel glazen fles gieten. Koel en donker bewaren. De olie die je voor je maceraat gebruikt kan zonnebloemolie, sesamolie, druivenpitolie, zoete amandelolie, olijfolie etc. zijn.
Madeliefjes olie is zeer goed bij kneuzingen en verstuikingen. Je kan ze vergelijken met arnicaolie.
Leave a Reply